INTERCLASSICS BRUSSELS
2019
De vijfde editie van de InterClassics Brussels, die van vrijdag 15 tot en met zondag 17 november 2019 in de Brussels Expo plaatsvond, was een groot succes. Bijna 25.000 bezoekers zagen honderden oldtimers en youngtimers uitgestald staan over vier hallen. Het hoofdthema was ‘Great Italian Designers’ en toonde het publiek een aantal fraaie exemplaren uit het verleden. Daarnaast was er aandacht voor het 100-jarige Bentley, met onder meer twee uiterst zeldzame Bentleys, te weten het 2e prototype en de allereerste productie Bentley (zie foto hierboven). Verder waren er diverse verkopers aanwezig met opvallende en zeldzame auto’s uit het verleden en niet te vergeten de diverse autoclubs die het publiek eveneens markante en zeldzame automobielen lieten zien. Hieronder volgt een terugblik op dit mooie evenement.
Een van de opvallendste te koop staande auto’s van deze InterClassics is deze unieke Sbarro Super Eight uit 1980, die tijdens de Autoshow van Gèneve van 1984 aan de autowereld werd voorgesteld. Er bestaat er slechts een van en deze stond nu te koop (prijs op aanvraag). De auto wordt aangedreven door een 3-liter Ferrari Quattrovalvole V8 motor, die goed is voor 280 pk (top 220 km/h).
In Paleis 5 van de Brussels Expo stonden een groot aantal auto’s opgesteld vanwege het hoofdthema van de beurs: Great Italian Designers. Een aantal daarvan zagen we dit en vorig jaar al eerder op andere beurzen en evenementen voorbij komen, zoals deze Iso Grifo SII 7L die vorig jaar op de Coppa Classic aanwezig was.
De auto stamt uit 1973 en is ontworpen door Bertone.
Ook uit het huis Bertone komt deze klassieker: de Lamborghini Miura. Hier in de P400 SV versie uit 1972. De Miura is ontworpen door Giorgetto Giugiaro en Marcello Gandini en maakte zijn debuut tijdens de Autosalon van Gèneve van 1966. De productie eindigde in 1973. Zo’n 760 exemplaren zijn er van deze sportwagen tussen 1966 en 1973 gebouwd. Van de P400 SV (Super Veloce) verlieten 150 stuks de fabriek.
Nog een auto van Bertone: de Siata 300 BC Barchetta Sport Spider uit 1953. Het ontwerp was van Mario Revelli de Beaumont en zo’n 40 exemplaren zijn er begin jaren vijftig door Bertone gebouwd. De auto werd uitgerust met een 750cc Crosley krachtbron (vroege versies) of een 1100cc Fiat motor (latere exemplaren).
Designstudio Ghia is verantwoordelijk voor deze beauty. Eentje die we al eerder dit jaar op het Antwerp Concours konden bewonderen: de Jaguar Xk140 Ghia. De auto werd in 1955 gebouwd op verzoek van Jaguar Libanon naar een ontwerp van Giovanni Savonnuzzi. Het is een van drie gebouwde exemplaren, waarvan er maar twee bewaard zijn gebleven. Het andere exemplaar bevindt zich in de Verenigde Staten.
Carrozzeria Touring uit Milaan is verantwoordelijk voor deze autoklassieker: de Lamborghini 350 GT uit 1965. Dit specifieke exemplaar was ooit de persoonlijke auto van Ferruccio Lamborghini himself en heeft onder de motorkap geen 3.5l,
maar een 4l 12-cilinder liggen (280 pk – top: 250 km/h). De auto werd gebouwd tussen 1964 en 1967 en in die periode
verlieten 120 exemplaren de fabriek.
Nog een ontwerp van Carrozzeria Touring: de Pegaso Z-102 uit 1951. We zagen tijdens het Zoute Concours al een speciale Superleggera versie van dit model. De 84 Z-102 modellen die de Spaanse fabriek verlieten werden uitgerust met een 2,5l, 2,8l of een 3,2l motor met een kracht variërend tussen de 175 en 360 pk. Deze laatste versie was destijds de snelste productieauto van de wereld.
Pininfarina is verantwoordelijk voor deze unieke Alfa Romeo, de 6C 2500 Sport uit 1950. We zagen deze auto al eerder in Essen tijdens de Techno Classica, maar op de beursvloer van Paleis 5 kwam deze auto veel meer tot zijn recht. De auto is eigendom van The Houtkamp Collection en staat daar te koop voor € 450.000 ,-.
De hierboven getoonde Ferrari 500 Superfast uit 1964 was ooit eigendom van de Britse acteur Peter Sellers; bekend van onder andere de Pink Panther films uit de jaren 60. Ook dit is een Pininfarina ontwerp en van de 500 Superfast zijn er tussen 1964 en 1967 slechts 36 exemplaren gebouwd. Acht daarvan waren rechtsgestuurd,
waaronder ook dit exemplaar.
Nog meer Ferrari was er bij de Great Italian Designers te vinden in de vorm van deze 166 Inter Coupé Touring uit 1949. Naast Touring zorgden ook Farina, Vignale, Ghia en Bertone tussen 1948 en 1951 voor body’s van de 39 gebouwde exemplaren van de 166 Inter. 21 daarvan waren Coupés van Touring. De naam 166 staat voor het afgeronde aantal cc per cilinder (1.992cc/V12).
Links is de Cisitalia 505 DF by Ghia Corsa uit 1953 te zien, die we ook al op het Zoute Concours zagen en tijdens dat evenement al besproken hebben. Rechts staat de Lancia Aurelia B20 GT uit 1953, ontworpen door Pininfarina.
Van de B20 GT zijn er tussen 1951 en 1958 ruim 3.800 exemplaren gebouwd.
(L) Fiat 8V Zagato uit 1955. Fiat bouwde tussen 1952 en 1954 114 8V’s. 34 daarvan kregen een Fiat body en voor de andere waren andere carrosseriebouwers verantwoordelijk. 30 stuks kwamen bij Zagato vandaan, waarbij geen auto identiek was aan de andere. (R) Een verdere Zagato Fiat is deze 1100 uit 1952, waarvan er slechts een vijftal zijn gebouwd. Drie bestaan er nog, waaronder dit exemplaar.
(L) We sluiten de Great Italian Designers af met deze Alfa Romeo 8C 2300 Spider by Touring uit 1933. Auto’s zoals deze zijn geliefd bij verzamelaars en brengen in goede, originele staat meerdere miljoenen op. (R) Tussen 1907 en 1920 bestond het Franse Bédélia, dat cycle cars bouwde. Zo’n 3.000 exemplaren zijn er door Bédélia gebouwd, waarvan er nog maar een paar bestaan. We zien hier het type A-AL uit 1908.
Deze Jaguar XK 120 uit 1952 stond tegenover de Great Italian Designers, maar had er net zo goed tussen kunnen staan. De body is namelijk van Stabilimenti Farina en de auto kreeg na de bouw de naam ’The Flying Jaguar’ mee, een naam die ook op de zijkant van de auto is terug te vinden. Deze one-off werd in 1952 op de Autoshow van Brussel ten toon gesteld en viel eerder dit jaar ook op Rétromobile te bewonderen.
(L) De motor van een Dodge Viper RT-10 Convertible (1995). Het betreft een 8l, 10-cilinder motor die ruim 400 pk levert. Bij het goed intrappen van het gaspedaal verbruikt deze motor rond de 1:2. De Viper werd tussen 1992 en 2017 gebouwd. (R) Auburn 851 Roadster uit 1936 (4.6l, straight 8, 150 pk). De auto stond te koop voor €145.000,-.
Belrose Classics toonde het publiek deze fris gerestaureerde Bentley Mk VI Special Justine by Belrose uit 1951.
De auto heeft een 4,5l motor die 168 pk levert. De prijs was op aanvraag.
Twee foto’s van de Talbot-Lago T150C racewagen uit 1936. De auto nam in 1947 aan een aantal Grand Prix deel en eindigde daarbij viermaal op het podium (3x derde en 1x tweede).
Invicta S Type Low Chassis uit 1932 (4.5l, straight Six, 1.500 pk). Met dit model won Donald Healy in 1931 de Rally van Monte Carlo en werd hij in 1932 tweede. De auto had een topsnelheid van 160 km/h, wat voor die tijd enorm hard was. In totaal zijn er van het S Type zo’n 72 exemplaren gebouwd.
AC 16/80 Competition Sports Short Chassis uit 1938. Een van 42 gebouwde 16/80 modellen (tussen 1935 en 1939) en een van 14 met dit specifieke bodywork. Tot de beroemde figuren die destijds een AC 16/80 kochten behoren filmster Errol Flynn en architect Frank Lloyd Wright. Deze auto stond te koop met een vraagprijs van €355.000,-.
(L) Een stuk goedkoper was deze Overland Model 69R Roadster uit het jaar 1913. Deze kon gekocht worden voor
€ 49.500,-. De auto heeft een 5.3l, 4-cilinder motor die goed is voor zo’n 30 pk. Hij kostte destijds (1913) nieuw net geen $ 1000,- ($ 985,-). Dagrada 750 Sport Giannini Siluro – 1949. Een auto die in 1950 deelnam aan de Mille Miglia.
Ook op het gebied van de autokunst was er op deze beurs weer het een en ander te zien. Wat te denken van deze matten of kleine tapijten met een opdruk van een auto of auto-embleem?
(R) Toyota Corona Mark II Coupe 1900 – 1972. De Corona MkII was een model dat in 1967 tussen de normale Corona en de Crown werd geplaatst. Dit specifieke model (T60) bleef tot 1973 in productie en werd opgevolgd door de X10.
(L) Triumph Vitesse Mk2 Cabriolet – 1970. Ontworpen door Giovanni Michelotti en gebouwd tussen 1968 en 1971 (3.472 exemplaren). (R) Delahaye Typ 32 uit 1912. Dit model werd tussen 1907 en 1913 geproduceerd. Deze specifieke auto werd in de 1e Wereldoorlog gebruikt door het Canadese leger, in 2010 gerestaureerd en stond nu te koop voor €29.000,-.
Een fris gerestaureerde Morris Oxford MO Sedan uit 1951. Dit model, dat tussen 1948 en 1954 werd gebouwd (bijna 160.000 exemplaren), was ontworpen door Alec Issigonis, die ook verantwoordelijk was voor het ontwerp van de iconische Mini-Cooper. De auto heeft een 1.5l, 4-cilinder motor die goed is voor zo’n 40 pk
en een topsnelheid van 116 km/h.
De beurs kende een aantal opvallende geel gekleurde auto’s. We zijn de gele Lamborghini Miura al tegengekomen en later zien we nog een mooie gele Saab Sonett III en dito Rolls-Royce. Ook opvallend was deze gele Lotus Europa Twin Cam Special uit 1972. Hij stond te koop voor net geen € 30.000,-. (R) nog meer markante mobiliteitskunst.
En over opvallend gesproken. Dat was deze microcar ook. De Rovin D4 uit 1952. De D4 werd tussen 1950 en 1961 gebouwd en in totaal verlieten 1.203 exemplaren de Franse Rovin fabriek. De auto had een 462cc, 2-cilinder motor die goed was voor 13 pk en waarmee een top kon worden bereikt van net geen 85 km/h. De auto stond te koop voor een kleine € 28.000,- .
Paleis 6 kende een Art Area waar hoogwaardige autokunst werd gepresenteerd en verkocht. Ook werd er kunst ter plekke gemaakt, zoals door deze kunstenaar. (R) Neen, dit is geen Excalibur, maar een Zimmer Golden Spirit 5.0 V8 uit 1983. Jaren 30 Retro stijl op basis van een Ford Mustang. Deze auto stond te koop voor € 32.900,-. Tussen 1978 en 1988 zijn zo’n 1.500 van deze auto’s geproduceerd.
(L) Opel Ascona 2000 in rally uitvoering uit 1979. Met deze klassieker wonnen Michel Decremer en Yannick Albert in 2017 de Rallye Monte Carlo Historique. (R) Ford 5-Window Coupé 5.7 V8 uit 1934. Een hotrod die te koop stond op de beurs voor net geen € 50.000,-, en die volgens de website van de verkoper inmiddels een nieuwe eigenaar heeft gevonden.
(L) Deze blauwe Ogle SX 1000 uit 1962 was vorig jaar ook op deze beurs te zien. Dit model werd tussen 1962 en 1964 gebouwd op basis van een Mini-Cooper. Vanwege de dood van eigenaar David Ogle in een verkeersongeval stopte de productie. 69 auto’s zijn er gebouwd.
(R) Bentley 6.5l Petersen Blower uit 1953. Gebouwd in 2003 op het chassis van een R-Type uit 1953. 400 pk sterk.
Drie decennia van Formule 1 auto’s stond opgesteld in Paleis 6. We zien hierboven de Jaguar R1-01 uit 2000, waarmee Eddie Irvine, Johnny Herbert en Luciano Burti in 2000 reden met als beste positie een 4e plaats op Monaco (Irvine). Rechts zien we de Footwork A11C01 uit 1991, waarmee Michele Alboreto, Alex Caffi en Stefan Johansson in actie kwamen. Dit is de Porsche motor versie die hopeloos faalde.
Succesvoller was de BMW-Sauber F1.07-01 uit 2007, waarmee Nick Heidfeld en Robert Kubica dat seizoen reden en Sebastian Vettel zijn Grand Prix debuut maakte, toen hij Kubica verving na een crash. Heidfeld eindigde dat jaar als 5e in het kampioenschap met 61 punten en een 2e plek tijdens de Grand Prix van Canada als beste resultaat.
BMW-Sauber eindigde met deze auto als 2e in het constructeurkampioenschap achter Ferrari.
(L) De Lenoir Vanderhall Speedster uit 2019 hebben we al eerder uitvoerig laten zien tijdens onze reportage van de Oldtimerbeurs in Genk van eerder dit jaar. Beide Lenoir modellen waren ook op deze beurs te vinden. (R) nog zo’n opvallende gele auto, de Rolls-Royce Corniche 2-door Saloon uit 1974. In deze kleur kom je deze auto niet vaak tegen. De auto stond op de beurs te koop voor € 54.500,-
Porsche Classic toonde het InterClassics publiek deze Porsche 356 Pre-A Speedster uit 1955. De auto heeft een bodywork van Reutter en werd destijds uitgeleverd in de Verenigde Staten waar hij tot 2014 verbleef.
Vervolgens is de auto naar België geïmporteerd, waar hij in 2014 een restauratie onderging en onder meer zijn originele kleur terugkreeg.
De 100-jarige verjaardag van Bentley werd gevierd met het tentoon stellen van een zestal Bentley’s die we voor het overgrote deel ook al eerder op het Zoute Concours hebben gezien. Hierboven staat de Bentley Xp. Nr 2 uit 1921, de oudste nog bestaande Bentley. (R) Delahaye 135 MS Coupe uit 1949, met een prijskaartje van €230.000,-. De carrosserie is van Guilloré.
Nog twee dwergauto’s. We zagen al eerder de Rovin. Hier de Duitse Goggomobil TS 250 Coupé uit 1966 en de Franse Vespa 400 uit 1960. Van de Goggomobil zijn er tussen 1957 en 1969 zo’n 66.500 exemplaren geproduceerd.
Van de Vespa 400 verlieten tussen 1957 en 1961 zo’n 31.000 stuks de fabriek.
De wellicht oudste automobiel die op de InterClassics Brussels van 2019 te vinden was, is deze Peugeot Type 49 uit 1902, die door de Peugeot Club Belgium aan het publiek werd getoond. De auto heeft een 1,3l, 2-cilinder viertakt motor die 8 pk levert. In totaal zijn er 162 exemplaren van dit type gebouwd.
Eind jaren zestig en begin jaren zeventig bouwde het Zweedse Saab ook enkele prachtige, kleine sportwagens. We zien hier de Saab Sonett V4 uit 1969. De V4 staat voor de 1,5l Ford Taunus motor die onder de motorkap ligt. In totaal zijn er tussen 1967 en 1969 1.610 Sonett V4’s gebouwd. De meeste daarvan vonden hun weg naar de Verenigde Staten.
Nog een auto die niet zou hebben misstaan in Paleis 5 bij het thema van de Italian Design auto’s. Deze Triumph TR3A Italia Coupé namelijk is ontworpen door Giovanni Michelotti en gebouwd door Vignale. Tussen 1959 en 1962 zijn er 329 van deze auto’s gemaakt. Dit specifieke exemplaar stamt uit 1961 en stond op deze beurs te koop met een prijs op aanvraag.
(L) Sava (Société Anversoise pour la fabrication de Voitures Automobiles) is een Belgische autobouwer uit Berchem die tussen 1910 en 1923 auto’s bouwde. Het merk ging daarna op in Minerva. We zien hier een Sava uit 1914, met een 5l, 4-cilinder motor. (R) Mercedes 170 uit 1938 (1.7l, 4-cilinder).
De Royal Veteran Club Belgium had onder andere deze mooie Phénix sport uit 1910 meegenomen.
De auto wordt aangedreven door een 4-cilinder motor die 12 pk leverde.
Het Franse Automobiles Phénix bestond van 1912 tot 1914 en had in 1912 de fabriek van Prunel te Puteaux overgenomen.
Een tweede auto die de Royal Veteran Club Belgium tentoon stelde was deze Vauxhall 30/98 Sport uit 1925. Dit type auto werd tussen 1919 en 1928 door het Britse merk geproduceerd (574 exemplaren). De productie stopte, omdat Vauxhall inmiddels onderdeel was geworden van General Motors. De auto heeft een 30 pk sterke motor (4,5 l, 4-cilinder). (R) blik op het dashboard.
(L) Van 1927 tot 1929 konden de Vauxhalls met dit fabrieksradiatorornament worden uitgerust. Het was een ontwerp van Joseph Fray uit Birmingham. Het is de Vauxhall Griffioen met vlag. Bij een iets latere versie ontbreekt de vlag. (R) blik op het stuurwiel van de Vauxhall 30/98.
Club Team Lotus Belgium toonde het publiek twee Britse klassiekers. Links zien we de Lotus Elan Sprint uit 1971 en rechts de Lotus Turbo Esprit uit 1981.
Uit 1970 komt deze Mazda Cosmo Sport Series II met een 982cc Wankelmotor die 128 pk levert.
Hij stond te koop op de InterClassics voor € 89.000,-.
(R) Porsche Motorsport memorabilia.
(L) Lamborghini Gallardo 5.0i V10 40v IMSA Tuning uit 2007. Afgeprijsd van € 89.990,- naar € 79.990,-.
Dat is net geen € 155,- per pk. (R) Stuurwiel van een Jaguar E-Type 4.2 uit 1967.
(L) Het fraaie en opvallende dashboard van een Spyker uit 2002 (Spyker C8 Double 12S #008). Slechts 875 kilometer gereden en te koop voor € 550.000,-. (R) Dan is deze Fiat 500 F Cabrio uit 1970 met 6500 gereden kilometers bijna net zo leuk en een stuk goedkoper: €18.950,-. Hoewel goedkoper!? Per pk kost deze Fiat € 1404,-. Dus zo gezien is de net getoonde Lamborghini de betere koop ;-)
De Saab Club België toonde op de InterClassics Brussels maar liefst drie Sonetts. Een daarvan was een III uit 1971. We zien deze prachtige auto hier afgebeeld.
De huidige eigenaar kocht deze auto in 2002 en reisde daarvoor speciaal af naar Zweden. De auto was ooit eigendom van een Zweedse autocoureur, die in het harnas (tijdens een pitstop) was gestorven.
De Saab Sonett III werd vanaf eind 1970 gebouwd. Het was de opvolger van de Sonett II (en V4) die van 1966 tot 1970 was gebouwd. We zijn die auto al eerder tegen gekomen. De Sonett III was ontworpen door de Italiaanse ontwerper Sergio Coggiola, maar aan het originele Coggiola ontwerp werd door Saab nog het een en ander veranderd, alvorens de auto in productie ging. Zo kreeg de auto het middenstuk van zijn voorganger mee, zodat bepaalde onderdelen opnieuw gebruikt konden worden. Alles om de kosten te drukken. De oliecrisis van 1973 zorgde ervoor dat de productie in 1974 stopte, na 8.300 geproduceerde exemplaren.
